De Italiaanse Keuken is UNESCO Werelderfgoed van de Mensheid
Share
De eerste keuken ter wereld die in haar geheel werd erkend
Er is iets dat zestig miljoen Italianen verbindt, waar ter wereld ze zich ook bevinden: de herinnering aan een keuken, een geur, een gebaar. De hand van een grootmoeder die deeg kneedt zonder iets af te meten. De saus die langzaam pruttelt op zondagochtend. De gedekte tafel die op iedereen wacht, zonder uitzondering. Op 10 december 2025 kreeg dat “iets” een officiële naam: Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid.
In New Delhi stemde het Intergouvernementeel Comité van UNESCO unaniem voor de inschrijving van de Italiaanse keuken op de lijst van immaterieel cultureel erfgoed. Het nieuws werd ontvangen met een langdurig applaus en enkele uren later werd het Colosseum verlicht in de kleuren van de Italiaanse vlag, met de woorden: „La cucina italiana, la prima al mondo”.
Want ja: het is de eerste keuken ter wereld die in haar geheel wordt erkend. Niet één gerecht, niet één specifiek recept, maar een complete levenswijze rond de tafel.
Wat UNESCO heeft erkend
Het winnende dossier heet „De Italiaanse Keuken, tussen duurzaamheid en bioculturele diversiteit” en werd opgesteld door de jurist Pier Luigi Petrillo, dezelfde persoon die de Mediterrane Dieet, de kunst van de Napolitaanse pizzabakkers en de alberello-wijnstok van Pantelleria op UNESCO kreeg.
Maar let op: UNESCO bekroonde niet de carbonara, pizza of tiramisu. Het erkende iets veel diepers. In de officiële motivatie wordt de Italiaanse keuken omschreven als een „culturele en sociale mix van culinaire tradities”, een manier om „voor zichzelf en voor anderen te zorgen, liefde te uiten en culturele wortels te herontdekken”.
De erkenning steunt op drie pijlers:
- De convivialiteit — de maaltijd als moment van ontmoeting, dialoog en samenzijn
- De overdracht van kennis — recepten die van generatie op generatie worden doorgegeven
- Duurzaamheid — een voedingsmodel dat de aarde en de seizoenen respecteert en verspilling voorkomt
UNESCO benadrukt dat koken „op Italiaanse wijze” „sociale inclusie bevordert, welzijn verbetert en een kanaal biedt voor permanente intergenerationele kennisoverdracht”. Het is een gemeenschappelijke activiteit die „de nabijheid tot voedsel, respect voor ingrediënten en gedeelde momenten rond de tafel benadrukt”.
De keuken van affectie
Een uitdrukking die vaak in het dossier voorkomt is: „de keuken van affectie”. In Italië is voedsel nooit alleen maar voeding. Het is verhaal, zorg en herinnering.
Het is de moeder die het favoriete gerecht bereidt voor het kind dat van ver terugkomt. Het is de grootvader die zijn kleinkind leert hoe risotto wordt geroerd. Het is de zondag waarop iedereen samenkomt en de tijd stilstaat rond een gedekte tafel. UNESCO heeft precies dat erkend: niet de recepten, maar de gebaren. Niet de ingrediënten, maar de relaties die daardoor ontstaan.
De zondagse familielunch, uitdrukkelijk genoemd in het dossier, is een symbool van dit ritueel geworden. Een traditie die Italië van noord tot zuid verbindt; de gerechten veranderen, maar de betekenis blijft: samen zijn, samen eten, familie zijn.
Een mozaïek van diversiteit
Een van de meest bijzondere aspecten van de Italiaanse keuken is haar diversiteit. Er bestaat niet „de” Italiaanse keuken, maar eenentwintig regionale keukens — elk met eigen tradities, producten en geheimen.
De Ligurische pesto is niet de Bolognese ragù. De pizzoccheri uit Valtellina zijn niet de orecchiette uit Apulië. De Siciliaanse arancini zijn niet de Milanese risotto. En toch spreken ze allemaal dezelfde taal: zorg voor ingrediënten, respect voor seizoensgebondenheid en de kunst om eenvoudige producten om te vormen tot buitengewone gerechten.
Precies dat heeft UNESCO bekroond: het vermogen van Italië om diversiteit als rijkdom te koesteren, lokale identiteiten levend te houden zonder een gedeelde nationale traditie te verliezen.
Zestig jaar inzet
Deze erkenning is niet uit het niets ontstaan. UNESCO benadrukte de „belangrijke inspanningen die door gemeenschappen gedurende de afgelopen zestig jaar zijn geleverd” en wees op drie belangrijke instellingen:
- Het tijdschrift La Cucina Italiana, opgericht in 1929, het oudste gastronomische tijdschrift van Italië
- De Accademia Italiana della Cucina, opgericht in 1953 om regionale culinaire tradities te beschermen
- De Fondazione Casa Artusi, die sinds 2007 het erfgoed van Pellegrino Artusi voortzet, de vader van de moderne Italiaanse keuken
Maar de echte verdienste gaat naar de Italiaanse families. Naar degenen die elke dag een fornuis aansteken en een eeuwenoud gebaar vernieuwen. Naar degenen die brood kneden zoals hun grootmoeders dat deden. Naar degenen die kinderen leren dat voedsel niet wordt weggegooid maar getransformeerd. Naar degenen die de tafel dekken, zelfs wanneer een snelle maaltijd voldoende zou zijn.
Italië, land van records
Met deze nieuwe erkenning bereikt Italië een uitzonderlijk record: het is het land met de meeste immateriële erfgoedelementen die verband houden met voedsel en landbouw.
Van de 21 Italiaanse tradities die op de UNESCO-lijst staan, behoren er 9 tot de agro-voedingssector: het Mediterrane Dieet (2010), de kunst van de Napolitaanse pizzabakkers (2017), de transhumance (2019), de droge-steenbouw (2018), de alberello-wijnstok van Pantelleria (2014), de truffeljacht (2021), traditionele irrigatiesystemen (2023) en de fok van Lipizzaner paarden (2022). En nu: de Italiaanse keuken in haar geheel.
Het Italiaanse dossier was één van de 60 die werden beoordeeld, afkomstig uit 56 verschillende landen. De beslissing was unaniem.
Wat deze erkenning echt betekent
Een immaterieel erfgoed is geen museumstuk. Het wordt niet bewaard in een vitrine. Het leeft alleen als het dagelijks wordt geoefend, doorgegeven en vernieuwd.
De erkenning door UNESCO verandert de Italiaanse keuken niet in een monument, maar in een verantwoordelijkheid. Het betekent kleine producenten beschermen, lokale ketens versterken en jongeren onderwijzen in de waarde van voedsel en gedeelde tijd aan tafel.
Het betekent ook de Italiaanse authenticiteit verdedigen tegen het Italian sounding: producten die Italië imiteren zonder Italiaans te zijn, die Italiaanse namen en symbolen gebruiken om iets te verkopen dat niet authentiek is. Deze erkenning versterkt de bescherming van degenen die werken met transparantie, kwaliteit en respect voor traditie.
Een erfgoed dat rijkdom creëert
De Italiaanse keuken is niet alleen cultuur: zij is ook economie. In 2024 bereikte de Italiaanse agro-voedingssector een exportwaarde van 68 miljard euro, met een groei van 6 % in de eerste acht maanden van 2025. Toerisme op het gebied van gastronomie en wijn vertegenwoordigt meer dan 40 miljard euro, een stijging van 12 % ten opzichte van het voorgaande jaar.
De erkenning door UNESCO zal concrete effecten hebben: meer internationale zichtbaarheid, nieuwe kansen voor producenten en een extra stimulans voor toeristen om Italië te bezoeken, niet alleen voor haar monumenten maar ook voor haar tafels.
Een feest voor iedereen
Op de avond van 10 december, terwijl het Colosseum oplichtte in de kleuren van de Italiaanse vlag, vond er een groot feest plaats in het Auditorium Parco della Musica in Rome. De kinderen van het Antoniano-koor en het koor van Caivano zongen samen met Al Bano het volkslied van de kandidatuur. Het orkest van de Accademia di Santa Cecilia speelde stukken van Rossini tot Verdi, van Puccini tot Tsjaikovski.
Maar het echte feest vond elders plaats. Het echte feest was in elke Italiaanse keuken waar iemand die avond het avondeten voor zijn familie bereidde. Het was in elk restaurant waar een chef traditie vernieuwde. Het was in elk huis waar een grootmoeder haar kleinkind uitlegde hoe je de „echte ragù” maakt.
Want de Italiaanse keuken behoort niet toe aan grote chefs of instellingen. Zij behoort toe aan iedereen die elke dag een fornuis aansteekt en een oud gebaar vernieuwt. Ze behoort toe aan degenen die weten dat voedsel veel meer is dan voeding: het is herinnering, zorg en liefde.
De wereld heeft het erkend. Maar diep vanbinnen wisten we het al.
• • •
Bronnen: UNESCO Italië, Ministerie van Landbouw (MASAF), Ministerie van Cultuur, ANSA, Il Sole 24 Ore
